Hoe het 800 jaar geleden begon …

Het leven van Sint Dominicus (1170 – 1221) begon – zoals dat van de meeste andere kinderen – samen met zijn familie en vrienden. Zijn ouders waren in goede doen, maar niet echt rijk.
Het was een vroom gezin. Er waren al twee zonen aan het studeren voor het priesterschap. Maar intussen hadden ze een redelijk normaal leven in Caleruega, in Oud-Castilië.

Toch waren er wat vroege aanwijzingen voor een grote toekomst. Vóór zijn geboorte had Juana, de moeder van Dominicus, een visioen. Ze zag een hond met een vlammende toorts in zijn bek, die tijdens het lopen de hele wereld in vuur en vlam zette. Dat werd geïnterpreteerd als een teken dat haar zoon de wereld in lichterlaaie zou zetten met het Evangelie. Ook verscheen er bij zijn doopsel een soort ster op het voorhoofd van Dominicus.
Dat heeft ertoe geleid dat de toorts en de ster symbolen zijn geworden van Sint Dominicus en van de Orde die hij heeft gesticht.

Hoewel hij een andere kant op had kunnen gaan, volgde Dominicus in de voetstappen van zijn broers en begon hij aan zijn studie voor het priesterschap. Terwijl hij daarmee bezig was, brak er een hongersnood uit en hij is erom bekend dat hij zijn boeken verkocht (het middeleeuwse equivalent van de tegenwoordige computer of smartphone!). Hij gebruikte het geld om voor de armen te zorgen.
Deze edelmoedige jongeman werd kort daarna tot priester gewijd en sloot zich vervolgens aan bij een religieuze gemeenschap in Osma. Hij stelde zich waarschijnlijk een eenvoudig en rustig leven voor. Maar God had, naar het schijnt, andere plannen.