Met de tijd mee
De maatschappij en de kerk veranderden. Dit beïnvloedde het leven van de zusters en had zijn weerslag op hun werk.
vanaf 1960
In 1960 waren er 493 Dominicanessen van Neerbosch in Nederland woonachtig.
Vanaf die tijd veranderde er veel in maatschappij en kerk. Er kwam meer welvaart. De overheid ging onderwijs en allerlei vormen van zorg geleidelijk subsidiëren. De salarissen gingen omhoog en werktijden werden geregeld. Evenals de leken moesten ook de zusters zich aan vaste werktijden houden. Dit was een grote verandering.
Door het tweede Vaticaans Concilie veranderde er binnen de kerk ook veel. Zo kwamen er nieuwe vormen van religieus leven. Binnen de congregatie vonden ook veranderingen plaats. Het dagelijks koorgebed, tot dan toe in het Latijn gebeden, wordt sinds het begin van de advent in 1960 in het Nederlands gebeden. Zo komt de inhoud van psalmen en hymnen dichterbij.
In de kloosters kwam meer inspraak en vonden communiteitsgesprekken plaats.
Jarenlang hadden de zusters geleefd in communiteiten van 15, soms zelfs wel 60 zusters. Daarin kwam verandering. Het toenmalige bestuur van de congregatie stimuleerde het wonen in kleine groepen. Zusters namen ook zelf het initiatief hiertoe of gingen alleen wonen. Dit alles had tot gevolg dat kloosters onderbezet raakten en gesloten moesten worden.
Ingrijpend waren de veranderingen in de kleding. In 1967 kregen de zusters verlof om burgerkleding te dragen. Het habijt was niet meer verplicht.
Met het afleggen van het habijt was je als zuster niet meer herkenbaar en in de kleine groepen, wonend tussen de mensen in, was het klooster niet meer een ‘veilige burcht’. Dat al deze veranderingen niet gemakkelijk waren, laat zich raden. Voor sommige zusters ging alles veel te snel, voor anderen niet snel genoeg. Voor velen was het een tijd van onzekerheid en verwarring, voor anderen een tijd van ruimte voor een eigen weg en eigen verantwoordelijkheid. Er was minder sprake van uniformiteit.
Het apostolaat van de zusters veranderde. Zusters begaven zich op andere werkterreinen, zoals maatschappelijk werk, bejaardenzorg, catechese op scholen en in parochies, pastoraal werk, vormingswerk. Hiervoor werden de nodige cursussen gevolgd en/of theologie gestudeerd.
Vanaf de jaren 60 nam het aantal leden van de congregatie sterk af doordat er minder intredingen waren dan er zusters stierven en meerdere zusters uittraden.
In die tijd werd de Rosastichting, het Moederhuis, bestemd als huis voor bejaarde zusters. Toen het na jaren niet meer voldeed aan de eisen van de tijd, werd voor de zusters een nieuw verzorgingshuis gebouwd, dat de naam Huize Rosa kreeg. De oude Rosastichting werd afgebroken. Huize Rosa werd geleidelijk aan een woonplek voor onze oudere zusters, voor religieuzen van andere congregaties en mensen die zich thuis voelden in een religieuze omgeving.
Eind jaren 70 werd besloten een appartementencomplex te bouwen, waar zusters zelfstandig konden wonen: Catharinahof. In de 85 appartementen woonden oorspronkelijk alleen Dominicanessen van Neerbosch. Momenteel wonen er ook veel religieuzen van andere congregaties en leken. Kenmerkend voor dit huis is het religieuze karakter en de aandacht voor het gezamenlijk leven.
Na verloop van tijd voldeed ook Huize Rosa niet meer aan de eisen van de tijd en moest vervangen worden. Dit was voor ons het moment huis en grond te verkopen.
Een nieuw huis is gebouwd met verzorgings- en verpleeghuisplaatsen. Wijzelf zorgden voor de bouw van een kapel.
Vanaf de jaren ‘90
In de jaren ’90 vonden twee intredes plaats in onze congregatie.
Eén van de vrouwen die intrad was Holkje van der Veer, die bekend was met dominicanessen die in Zwolle woonden. De andere vrouw was Therese Mentink, al jaren wonend bij de zusters Dominicanessen in Den Haag.
Vanaf de jaren 2010 vond bij de broedertak van de orde in Nederland een opmerkelijke kentering plaats. Er was belangstelling voor dominicaans leven en enkele mannen voelden zich geroepen tot een leven als Dominicaan.
Zuster Holkje van der Veer reageerde hier op tijdens een boekpresentatie. Zij droomde over voortzetting en aanwas bij onze congregatie.
Dit haalde de krant en hierop kwamen serieuze reacties van verschillende vrouwen.
Na een periode van voorbereiding heeft de congregatie een nieuw noviciaat gerealiseerd.
In 2019 begon voor twee vrouwen het noviciaat.
Daarmee brak een nieuwe fase aan voor onze congregatie:
Een nieuw dominicaans kloosterleven werd ontwikkeld in lijn met de spiritualiteit en geschiedenis van de congregatie.
Een religieus leven gebaseerd op de vier dominicaanse pijlers:
Gebed, gemeenschap, studie en verkondiging.
Dit had als gevolg dat we manieren zochten van verkondiging die passen bij de mensen van nu. De persoonlijke aanleg van de zuster is daarbij belangrijk.
Zo zijn er catechesefilmpjes gemaakt op Youtube, een pelgrimsroute opgezet,
een evenement in de kerk georganiseerd op het gebied van kunst en cultuur.
Er wordt gestudeerd, artikelen geschreven, lezingen gehouden, catechese gegeven.
Alles, naar de woorden van Sint Dominicus: wat heilzaam is voor de ziel van andere mensen.
Het geheel wordt gedragen in gebed: drie maal per dag, en regelmatige eucharistievieringen bij hun medezusters in de Dominicuskapel of in een parochiekerk in de stad.